Engel - online puzzels
Een engel (van het Oudgriekse: ἄγγελος; ángelos, "boodschapper", een vertaling van het Hebreeuwse: מלאך; mal'ach, "boodschapper", Arabisch: ملاك; malak, Latijn: angelus) is een bovennatuurlijk, verstandelijk wezen, dat wordt teruggevonden in verscheidene (vaak monotheïstische) religies. In het christendom, de islam, het jodendom en zoroastrisme, treden engelen, als bedienden of beschermers van de mens, gewoonlijk op als boodschappers van God (of de goden), van wie ze duidelijk zijn onderscheiden, en beschikken over bovenmenselijke capaciteiten en eigenschappen.
De term engel kan zowel worden gebruikt als de categorie waartoe diverse hemelse wezens behoren, zoals serafs, cherubs en tronen, maar ook als een van de lagere hemelse wezens die tot deze categorie behoren - vaak gelijkgesteld aan beschermengelen. Het jodendom, christendom en de islam gaan ervan uit dat het aantal engelen astronomisch is; er wordt in de Bijbel gesproken over tienduizenden maal tienduizenden, een uitdrukking die "ontelbaar veel" betekent. Er bestaat een zekere rangorde onder de engelen, maar het aantal orden en de benamingen daarvan verschilt per godsdienst.
Voorlopers
Volgens verschillende onderzoekers zou het concept van engelen ontleend zijn aan archaïsche mythologieën en religies zowel in Mesopotamië, het Oude Egypte als het tussenin liggende oude Kanaän.
Mesopotamië en het oude Egypte
De beschrijving van gevleugelde goden of godachtige wezens (netjer) in de Egyptische mythologie, zoals Nephthys in de mythes over Isis en Osiris zouden een oorsprong van het concept van engelen kunnen zijn.De idee van gevleugelde wezens als bemiddelaars tussen goden en mensen kan ook worden gevonden in de culturen van Mesopotamië. Gevleugelde goden of beschermende geesten verschijnen in de iconografie van de religies van Mesopotamië. "Engelachtige" voorstellingen kunnen bijvoorbeeld worden gevonden in de koninklijke paleizen van de Babyloniërs of Assyriërs in Nineve, Nimrud of Dur-Sharrukin.
Engelen in het jodendom
Tijdens en na de Babylonische ballingschap ontwikkelde het Judaïsme zich steeds meer naar monotheïsme.