God - online puzzels
God is in monotheïstische religies het Opperwezen, een hogere macht die de unieke schepper en onderhouder is van al het bestaande. Om deze uniekheid te beklemtonen en een onderscheid te maken met de goden uit het polytheïsme wordt de naam met een hoofdletter geschreven.
Van de monotheïstische wereldgodsdiensten hebben het christendom (2,1 miljard), de islam (1,8 miljard) en het jodendom (14 miljoen) de grootste aanhang.
Aristoteles
Zowel christendom (Thomas van Aquino), islam (Averroes) als jodendom (Maimonides) zijn in de middeleeuwen sterk beïnvloed door de Griekse filosoof Aristoteles (384-322 v.Chr.). Met zijn filosofie was het mogelijk rationeel te bedenken wat een mens van God kon weten los van de openbaring in Tenach, Koran of Bijbel. Alles beweegt; in de visie van Aristoteles wordt alles in beweging gebracht en moet er één laatste oorzaak van alle beweging zijn: De onbewogen Beweger. Deze moet wel volmaakt zijn. Uit zijn volmaaktheid volgen zijn almacht, zijn alomtegenwoordigheid, zijn eeuwigheid, zijn onveranderlijkheid. Of het beeld dat zo van God geschetst wordt, wel overeenkomt met dat in de Tora of de Bijbel, is onderwerp van discussie.
Gedachten over God
In de drie abrahamitische religies — een verzamelterm voor jodendom, christendom en islam — is God een entiteit met een eigen wil, verstand, gevoel en persoonlijkheid, al zijn er verder tussen de drie religies aanzienlijke verschillen mogelijk, afhankelijk van de eigenschappen die aan hem worden toegedicht, zoals immanentie en/of transcendentie, onmacht en almacht, alwetendheid, goedheid, alomtegenwoordigheid en rechtvaardigheid.