Een elf (Oudnoors álfr, Oud-Engels aelfe, Middelnederlands en Oud-Saksisch alf, Oud-Duits alp) is een mythisch wezen dat in oorsprong afstamt uit de Germaanse en Noordse mythologie, maar evenwel vertegenwoordigd is in de Europese folklore onder vele verschillende vormen en gedaanten. Vaak worden ze geassocieerd met Brownies, hobgoblins of kobolden die de mens in het huishouden helpen enerzijds, maar anderzijds ook met plaaggeesten die vee, voedsel of zelfs kinderen stelen of knopen leggen in de manen van paarden. Vaak werden elfen ook in verband gebracht met plotse ziektes of worden zij geassocieerd met de geesten van de overledenen.
Uiterlijk voorkomen
In de voornaamste Oud-Noordse bronnen worden de elfen onderverdeeld in twee categorieën: de Ljòsálfar zijn mooier dan de zon om naar te kijken en de Dökkálfar zijn donkerder dan pek.
Elfen die voorkomen in latere, middeleeuwse overlevering, worden haast altijd een hemelse schoonheid toegedicht. Verder worden zij over het algemeen als vrouwelijk voorgesteld. Ook zien wij duidelijk hoe de elfen uit de folklore van de middeleeuwen meer en meer gelijkaardig voorgesteld worden aan de engelen uit de christelijke traditie.
In Angelsaksische overlevering kennen elfen ook een voorkomen als figuren die in wezen niet zozeer verschillen van mensen dat zij meteen opvallen. Hier hebben zij eerder het voorkomen van een adellijke figuur. Meestal beschikken zij dan ook over grote strijdvaardigheid.